Handwerken

Weven op karton: techniek

Weefkaart maken

Knip of snijd van ribbeltjeskarton een kaart van 15-20 cm.
Trek aan beide kanten 1 cm van de kant een lijn.

Meet om de halve cm af, voor de inkepingen.

Knip of snijd de inkepingen.

Draden spannen

Span de draden op het karton. Let op dat je de draden niet te strak aantrekt, want dan trekt het karton krom.

Trek de draden door naar de achterkant.

Knoop de losse draden aan de achterkant aan elkaar.
Als je een kleiner werkje maakt, begin dan niet aan de kant, maar probeer de draden in het midden te houden.

"Schering en inslag"

Rijg met een naald de draad door de  gespannen draden. Ga daarbij onder de eerste draad door en daarna bovenlangs de tweede draad. Je gaat dus op en neer. Herhaal dit.

Trek aan het einde de draad voorzichtig aan en zorg dat deze nog een flink stuk uitsteekt.

 

De gespannen draden heten “schering”. De rijgdraad noemen we de “inslag”.  

Weven

Je gaat terug met de naald en draad.

Steek je naald onder de eerste draad en boven de tweede.

Herhaal dit. Je krijgt een vlechtwerk van draden. De losse eindjes hecht je later  af. 

Werken met kleuren

Schering en inslag van dezelfde kleur

Door verschillende kleuren voor de inslag te gebruiken, krijg je een patroon met horizontale strepen. Knoop de nieuwe draad vast aan de oude.

Door verschillende kleuren voor de schering te gebruiken, krijg je verticale strepen.

Door verschillende kleuren voor de schering èn de inslag te gebruiken, krijg je blokjes.

 

 

 

 

 

Tips

Knoop een nieuwe kleur of draad aan de oude draad.

Beweeg de naald af en toe door de schering om te controleren of je niet in de draden hebt gestoken en de inslag blijft “haken”.

 

Druk tijdens het weven de draad met de naald tegen de vorige draad aan. Trek niet te hard aan het eind, want dan wordt het werkje middenin smaller.
Zorg dat je weefdraad (inslag), niet langer is dan 1 meter.

Afwerken

Knip de draden aan de achterkant van het karton door.

Draai het karton om.
Maak aan de bovenkant twee draden los en knoop deze aan elkaar met een dubbele knoop.

Maak dan de volgende twee draden los en knoop ze aan elkaar. Ga zo door tot het eind van  het werkje.
Draai de kaart om en knoop de draden dezelfde manier.

Knip, als je klaar bent, de draden op de juiste lengte

Hecht de  losse draden aan de zijkant af. Als er nog een restje overblijft, knip dat dan af.

Weven voor "gevorderden"

Als je al eerder hebt geweven, kun je proberen of je figuren kunt weven.

In dit voorbeeld begin je met het opzetten van de schering van witte draden. Dan weef je een wit randje van 4 draden.
Hierna ga je het roze patroon weven.

In de driehoek met de punt naar beneden, pak je steeds aan beide kanten 1 scheringdraad minder.
Voor de tweede roze driehoek pak je steeds aan beide kanten 1 draad meer.

 

 

 

 

 

 

Na het roze gedeelte, kun je de witte stukjes gaan weven.

Tot slot vul je de groene gedeelten.